Dutch

Testen van diodes

Basis informatie

Digitale multimeters kunnen diodes testen op een van de volgende manieren

  1. Diodetestmodus: dit is bijna altijd de beste methode.
  2. Weerstandsmodus: deze wordt gewoonlijk alleen gebruikt als een multimeter geen diodetestmodus heeft.

Opmerking: In sommige gevallen kan het nodig zijn om één uiteinde van de diode uit het circuit te verwijderen om de diode te testen.

Wat u moet weten over de weerstandsmodus bij het testen van diodes:

  • Deze modus geeft niet altijd aan of een diode goed of slecht werkt.
  • Hij mag niet worden gebruikt als een diode in een stroomkring is aangesloten, aangezien dit een onjuiste waarde kan opleveren.
  • Hij KAN worden gebruikt om te verifiëren of een diode slecht werkt in een bepaalde toepassing nadat uit een diodetest is gebleken dat een diode niet goed werkt.

Een diode kan het best worden getest door de spanningsval over de diode te meten als de stroom in de doorlaatrichting vloeit. In de doorlaatrichting werkt een diode als een gesloten schakelaar, waardoor stroom kan vloeien.

De diodetestmodus van een multimeter genereert een lage spanning tussen meetsnoeren. Als de meetsnoeren zijn aangesloten op een diode die in de doorlaatrichting staat, geeft de multimeter de spanningsval over de diode weer. De diodetestprocedure wordt als volgt uitgevoerd:

  1. Zorg ervoor dat a) alle voeding naar de stroomkring is uitgeschakeld en er b) geen spanning op de diode staat. Er kan spanning aanwezig zijn in de stroomkring als gevolg van geladen condensatoren. In dat geval moeten de condensatoren worden ontladen. Stel de multimeter in op wisselspanning of gelijkspanning.
  2. Draai de draaiknop (draaischakelaar) naar de diodetestmodusTesten van diodes Mogelijk staat er op dezelfde plek van de draaiknop nog een functie.
  3. Sluit de meetsnoeren aan op de diode. Registreer de weergegeven meetwaarde.
  4. Wissel de meetsnoeren om. Registreer de weergegeven meetwaarde.

Analyse van diodetests

  • Een goed werkende diode vertoont in de doorlaatrichting een spanningsval van 0,5-0,8 volt. Dit geldt voor de meestgebruikte siliciumdiodes. Sommige germaniumdiodes hebben een spanningsval van 0,2-0,3 volt.
  • De multimeter geeft 'OL' weer als een goed werkende diode in de sperrichting staat. De uitlezing 'OL' geeft aan dat de diode als een open schakelaar werkt.
  • Een slecht werkende (open) diode laat in beide richtingen geen stroom door. Een multimeter geeft in beide richtingen 'OL' weer als de diode open is.
  • Een diode met kortsluiting geeft in beide richtingen dezelfde waarde weer voor de spanningsval (ongeveer 0,4 V).

Het is ook mogelijk een multimeter in de weerstandsmodus (Ω) te gebruiken als extra diodetest of, zoals eerder aangegeven, als een multimeter niet beschikt over de diodetestmodus.

Analyse van diodetests

Een diode staat in de doorlaatrichting als het positieve (rode) meetsnoer aan de anode is bevestigd en het negatieve (zwarte) meetsnoer aan de kathode.

  • De weerstand van een goed werkende diode in de doorlaatrichting ligt als het goed is tussen 1000 Ω en 10 MΩ.
  • De weerstandsmeetwaarde is hoog als de diode in de doorlaatrichting wordt doorgemeten, want er vloeit stroom van de multimeter door de diode, waardoor de hogeweerstandsmeting ontstaat die nodig is voor het testen.

Een diode staat in de sperrichting als het positieve (rode) meetsnoer aan de kathode is bevestigd en het negatieve (zwarte) meetsnoer aan de anode.

  • De weerstand in een goed werkende diode in de sperrichting wordt weergegeven als 'OL' op een multimeter. De diode werkt niet goed als de meetwaarden in beide richtingen gelijk zijn.
Diodetest met weerstandmodus

De procedure in de weerstandmodus wordt als volgt uitgevoerd:

  1. Zorg ervoor dat a) alle voeding naar de stroomkring is uitgeschakeld en er b) geen spanning op de diode staat. Er kan spanning aanwezig zijn in de stroomkring als gevolg van geladen condensatoren. In dat geval moeten de condensatoren worden ontladen. Stel de multimeter in op wisselspanning of gelijkspanning.
  2. Draai de draaiknop naar de weerstandsmodus (Ω). Mogelijk staat er op dezelfde plek van de draaiknop nog een functie.
  3. Sluit de meetsnoeren aan op de diode nadat deze uit de stroomkring is verwijderd. Registreer de weergegeven meetwaarde.
  4. Wissel de meetsnoeren om. Registreer de weergegeven meetwaarde.
  5. Als u de weerstandsmodus gebruikt om diodes te testen, kunt u de meetwaarden het beste vergelijken met die van een diode waarvan u weet dat die goed werkt.

Referentie: Digital Multimeter Principles door Glen A. Mazur, American Technical Publishers.

Vind de juiste multimeter